Conclusie en vooruitblik

Conclusie en vooruitblik

Met de hiervoor toelichtende actualisatie ziet het budgettair kader, op de algemene begrotingsposten, er voor de meerjarenbegroting 2021-2025 als volgt uit:

Bedragen x € 1.000

incidenteel

structureel

Budgettair kader 

2021

2022

2021

2022

2023

2024

2025

I) Vertrekpunt 

0

0

0

0

0

0

0

II) Exogene ontwikkelingen - Baten

3.033

-8.541

-6.864

-6.015

-6.015

-6.015

21.941

III) Exogene ontwikkelingen - Lasten

2.175

0

-12.791

-10.623

-10.373

-10.023

-39.767

IVa) Algemene afspraak: Groei met Groei

-1.388

0

-1.001

-1.001

-1.001

-1.001

-1.462

Totaal I + II + III + IVa + IVb

3.821

-8.541

-20.656

-17.639

-17.389

-17.039

-19.288

 

Het vertrekpunt voor de begrotingsvoorbereiding is hiermee nadelig. De gemeente heeft in de komende begrotingsjaren jaarlijks een stevig tekort dat, zonder maatregelen, per 2025 structureel € 19 mln. nadelig bedraagt op een begrotingomvang van jaarlijks ruim € 2,5 mld.

De verslechtering van het begrotingsbeeld komt met name door de volgende elementen:

  • De lagere groei van Den Haag. De gemeentefondsuitkering is structureel met € 6,6 mln. verlaagd.  
  • De trendbijstelling met een structurele doorwerking van ca. € 11,5 mln. Dit komt vooral door de extra lasten die de gemeente heeft als werkgever (met name pensioenafdracht) en in kleinere mate door de begrote bijstelling van prijzen. Omdat nog geen cao is afgesloten voor 2021, is de loonstijging onbekend. Deze wordt bijgesteld nadat deze afspraken bekend zijn. Dit geeft een risico op een verdere kostenstijging. In de begroting is een loonruimte van 0,56% voor 2021 voorzien.
  • Er zijn geen omvangrijke structurele meevallers of hogere uitkeringen voorzien die de nadelige effecten opvangen.

Binnen dit uitdagende kader zijn ook een tweetal positieve ontwikkelingen zichtbaar

  • De Algemene Reserve van de gemeente betrof bij de jaarrekening nog € 24,6 mln. Na de resultaatbestemming 2020 (RIS 308437) en de toevoeging van bespaarde rente die uit de voorjaarsnota volgt (in 2022), bedraagt de Algemene Reserve € 51,5 mln. Dit is sterk onder het benodigde weerstandsvermogen, maar de eerste stappen naar herstel van de reserve zijn gezet.
  • Voor de effecten van de coronapandemie in 2021 is een financiële impactanalyse uitgevoerd. De gemeente ziet een aanzienlijke impact voor het lopende jaar. Op basis van de huidige inzichten verwachten we dat met rijksdekking en de beschikbare gemeentelijke middelen, de impact in 2021 kan worden opgevangen.

De voorjaarsnota is nadrukkelijk beleidsarm ingevuld. Er zijn veel onzekerheden die het financiële beeld op termijn flink kunnen beïnvloeden. De nasleep van de coronacrisis laat niet via een simpele rekensom in euro’s voor de gemeentebegroting vertalen. Keuzes van het nog te vormen kabinet over de jeugdhulp, zorg, bijstand en de gemeentefondsuitkering zullen de gemeentefinanciën sterk beïnvloeden.
In de komende periode worden de financiële opgaven verder getoetst en uitgehard. Nieuwe ontwikkelingen na het verschijnen van de voorjaarsnota worden meegenomen in een geactualiseerd begrotingskader.

Het is met deze voorjaarsnota duidelijk dat de omvang van opgave de beschikbare ruimte overschrijdt. Dit betekent dat we de knelpunten en tekorten van passende maatregelen moeten voorzien, om zo de financiële huishouding gezond te houden. Dit vraagt stuurmanskunsten.  De uitdaging voor de komende jaren is om door te gaan op de ingezette koers: een stabiel, solide en solidair financieel beleid die bijdraagt aan de ontwikkeling van Den Haag. Een stad waar we samen sterker uit de crisis komen.

In het vervolgtraject van de begrotingsvoorbereiding worden de verschillende financiële opgaven en mogelijke oplossingen tegen elkaar afgewogen. Dit brengt lastige keuzes met zich mee. De uitkomst van de gemaakte keuzes zal landen in een sluitende ontwerpbegroting 2022-2025, die de raad in september ontvangt.

Deze pagina is gebouwd op 06/03/2021 11:00:09 met de export van 06/03/2021 08:37:21